Zomerexpeditie naar de fjorden en de Noordkaap

Er zijn talloze natuurreservaten in Noorwegen, die kunnen variëren van een weitje vol zeldzame orchideeën tot een eiland vol broedende papegaaiduikers. Daarnaast zijn er ruim twintig nationale parken, waarvan de Hardangervidda het grootst is, een immens bergplateau dat op meer dan 1000 meter boven de boomgrens ligt en een uniek toendralandschap bezit met veel zeldzame planten en vogels. Er komen nog wilde rendieren (kariboes), lynxen en poolvossen voor. Het Dovrefjell Nasjonalpark is het enige park waarin nog een kudde muskusossen voorkomt.

Actief
Noorwegen is een ideaal land voor actieve vakanties in de vrije natuur. In de grote natuurgebieden is een dicht netwerk van goed gemarkeerde wandelpaden met op gezette afstanden schuilplaatsen en berghutten. Maar ook vanaf het hotel of de vakantiewoning kun je gaan wandelen, klimmen of allerlei andere activiteiten ontplooien, met het hele gezin. Maak een spannende kano- of raftingtocht, werp de hengel uit in een zalmrivier of neem deel aan een beversafari.

Seizoen
Wij bieden onze zomerreizen aan vanaf medio mei t/m september. Het toeristenseizoen is van half juni t/m half augustus. Houd er rekening mee dat buiten deze periode een aantal attracties, tolwegen en veerverbindingen gesloten kunnen zijn. Onze winterreizen bieden wij aan van half december tot en met eind maart.

Noorwegen in voor- en najaar
Het voorjaar kenmerkt zich door bloeiende fruitbomen en smeltende sneeuw. In september en oktober zijn op de berghellingen de berkenbomen en bessenstruiken goudgeel en rood gekleurd. Daarom is een bezoek aan Noorwegen in het voor- of naseizoen een aanrader, maar realiseer je je wel dat er dan kans is op sneeuw op hooggelegen routes. Bepaalde bergpassen en kleinere veerpontjes zijn dan gesloten. De toeristische attracties, óók de staafkerken, zijn meestal alleen in het hoogseizoen geopend, dwz. van half juni t/m half augustus.

Noorwegen in de winter
's Winters verandert Noorwegen in een waar winterparadijs. Het land waar de moderne skisport zijn oorsprong vond, biedt een half jaar lang de beste sneeuwcondities voor skiërs en langlaufers. Je kan een wintersportvakantie combineren met andere winterse activiteiten, zoals in Voss. Je zit hier middenin het fjordengebied, waar je diverse excursies kan ondernemen.

Klimaat
Het klimaat in zuidelijk Noorwegen is 's zomers te vergelijken met dat van Nederland, maar er zijn meer zonuren. In de zomer is het fjordengebied van Noorwegen relatief koel en nat en boven de poolcirkel is het enkele graden kouder dan in het zuiden. In de winter is de temperatuur gemiddeld lager dan in Nederland. Gewoonlijk schommelt deze tussen de -3 en -9°C, maar soms daalt de thermometer tot -20°C. Doordat de lucht veel droger is dan bij ons voelt het vaak niet zo koud aan. De eerste sneeuw valt meestal in begin december en blijft liggen tot begin mei, afhankelijk van de geografische ligging en de hoogte van het gebied.

Wij hanteren voor Noorwegen een indeling in 5 verschillende gebieden, die elk hun eigen karakter hebben. Zuid-Noorwegen bestaat uit de zuidkust: de provincie Telemark en het Setesdal. In Midden-Noorwegen onderscheiden we 3 gebieden: de westelijke fjordenkust met de gletsjers en bergen rond Jotunheimen, Geilo en Hemsedal, en als derde gebied het Gudbrandsdal met Dovrefjell en Hedmark op de grens met Zweden. Tot slot is er Noord-Noorwegen dat grotendeels boven de poolcirkel ligt.

Tol en veerdiensten
Op enkele grote wegen in Noorwegen (o.a. de invalswegen naar Bergen en Oslo) en bij sommige tunnels en bruggen dien je tol te betalen. De tol varieert meestal tussen de NOK 10 en 75 per auto plus inzittenden, maar bij sommige langere tunnels kan dit meer dan NOK 100 bedragen. Je kunt zowel contant als met creditcard betalen. De 24,5 km lange Lærdalstunnel is gratis. Op een aantal wegen in particulier bezit wordt ook tol gevraagd. Hier dien je het verschuldigde bedrag in een envelop te stoppen en in een bus te deponeren. In het fjordengebied en het noorden van Noorwegen zul je vaak een veerpont moeten nemen. Hiervoor betaal je tussen de NOK 50 en NOK 250 per auto plus inzittenden. Buiten het toeristenseizoen kunnen bepaalde veerdiensten uit de vaart genomen zijn. Meer informatie bij het Noors Verkeersbureau.

Winterbanden en bergpassen
Het is in Noorwegen verplicht om van 15 oktober tot en met 1 mei met winterbanden te rijden en sneeuwkettingen bij je te hebben. Wij raden je aan om deze in Nederland te regelen, temeer omdat bij gladheid ook in Duitsland winterbanden verplicht zijn. Bij de 'Vegmeldingssentrale' in Noorwegen (tel. 0047-22654040) kun je informeren of bepaalde passen in het voor- of naseizoen zijn geopend. De volgende wegen kunnen afgesloten zijn:

Weg Afgesloten periode
E69 Skarsvåg-Nordkapp nov-apr
5 Gaulafjell jan-mei
51 Valdresflya dec-apr
55 Sognefjell nov-apr
63 Geirangervegen nov-jun
63 Trollstigen nov-jun

In drie uur tijd reist je van Amsterdam naar het Noorse Tromsø, de trotse 'hoofdstad van het noorderlicht'. Op heldere nachten heb je in deze omgeving 90% kans om het noorderlicht te zien. De stad ligt namelijk recht onder de noorderlicht oval, de Aurora Zone. Wil je meer weten over het natuurfenomeen? Breng dan een bezoekje aan het museum Polaria, waar je kennismaakt met alle facetten van de Arctische wereld, waaronder het noorderlicht.

Vanuit de stad is het mogelijk een noorderlichtexcursie te boeken. Denk aan een tocht in een bus met een kleine groep, onder leiding van een ervaren gids. Maar er zijn ook andere excursies waaraan je deel kan nemen. Zo kan je vanuit Tromsø orka’s en walvissen spotten, sneeuwscooterritten maken en aan huskysafari’s deelnemen.

Onderzoek naar het noorderlicht in Noorwegen
Op de Lofoten, in Lauvik, vind je het Polar Light Center. Hier doet het Nederlandse stel Rob Stammes en Threes van Nieuwenhoven onderzoek naar het noorderlicht. Je kan hier terecht voor een interessante lezing, waarna je de rest van je verblijf per sms op de hoogte wordt gehouden van de noorderlicht activiteit.

De meest gefotografeerde fjord is ongetwijfeld de Sognefjord, vanwege haar ligging aan de voet van de gletsjer Jostedalsbreen, een ijskap van 487 km2. Vanaf het bezoekerscentrum in het Jostedal kan je de gletsjer beklimmen. Aan de andere kant lopen de prachtige gletsjerdalen Briksdal en Bødal steil af naar de Nordfjord. Je wandelt er langs watervallen, waarin waterspreeuwen kwetteren, langs bermen vol wilde bloemen en blauwgroene gletsjermeren met strandjes van eeuwige sneeuw.

De Trollstigvei, één van de meest spectaculaire bergroutes van Noorwegen, slingert zich via vele haarspeldbochten omhoog naar de bergpas Trollstigen op 1700 m hoogte. Op de pas heb je een weids uitzicht en vlakbij is de 180 m hoge waterval Stigfossen. Aan de zuidkant daalt de weg weer af naar zeeniveau. Als je met het veerpontje de fjord over vaart begint daar de Ørneveien, de adelaarsweg naar Geiranger.

Al sinds mensenheugenis is Bergen de drukst bezochte stad van Noorwegen. In de havenwijk Bryggen uit de Hanzetijd weerspiegelen pastelkleurige houten pakhuizen zich in het water. Nu zijn er in de pakhuizen kunstenaars en allerlei winkeltjes en restaurants gevestigd.

Ålesund, mooi gelegen op een schiereiland aan de Noorse kust, is vooral bekend door haar unieke architectuur. Nadat het centrum in 1904 door een grote brand was verwoest, werd het helemaal herbouwd in Jugendstil, met uitbundig versierde, pastelkleurige gevels. Een beklimming van de ‘stadsberg’ Aksla wordt beloond met een prachtig uitzicht. Voor de kust ligt het eilandje Runde, waar meer dan een half miljoen vogels broeden, waaronder de papegaaiduiker.

Dovrefjell is een bergplateau op 1000 m hoogte, omgeven door nog veel hogere bergpieken. Behalve elanden en rendieren komen er op de hoogvlakte ook kuddes wilde muskusossen voor. Het gebied heeft een zeer rijke flora met bijzondere alpine planten zoals gentianen en gletsjerboterbloemen.

Tussen Lillehammer en Otta ligt het mooie, brede Gudbrandsdal. Aan de westkant wordt het geflankeerd door de ruige heuvels, meren en heidevelden van de Peer Gyntstreek. Aan de oostkant vind je de hoge pieken van het Rondane gebergte. Van Otta naar Trondheim volgt de E6 het dal van de rivier de Driva door een nauwe kloof, die het Dovrefjell bergplateau in tweeën snijdt.

De kust van de provincies Trøndelag, Troms en Nordland is diep ingesneden door fjorden en telt vele eilanden. Hier komen zeearenden, papegaaiduikers en zeehonden voor. Langs het water liggen schilderachtige vissersplaatsjes met gekleurde pakhuizen en haventjes vol vissersboten. Tromsø is een gezellige stad met leuke cafés en restaurants. Weg nummer 17, oftewel de kystriksveien, welke loopt van Steinkjer tot Bodø wordt wel de mooiste kustroute ter wereld genoemd.

De eilandengroepen Lofoten en Vesterålen staan bekend om hun prachtige landschap waarin scherpe bergkammen en diepe dalen elkaar afwisselen. In de vissershaventjes hangt de stokvis aan rekken te drogen. Veel vakantiewoningen op de eilanden zijn gevestigd in zogenaamde Rorbuer, houten huisjes aan de waterkant waarin vroeger de vissers overnachtten. Vanuit Andenes maak je een onvergetelijke walvistocht.

Senja wordt ook wel Noorwegen in het klein genoemd. Hier zijn fjorden te vinden, spitse bergpunten, hagelwitte stranden, een rijke vegetatie met afwisselende tinten groen, activiteiten op en rond het water en toendra’s. Het eiland is een walhalla voor wandelaars.

De rotstekeningen van Alta
De prehistorische rotstekeningen bij de plaats Alta staan sinds 1985 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. De tekeningen zijn gemaakt in het Stenen Tijdperk en zijn tussen 2500 en 6200 jaar oud. Er zijn mensen, dieren, boten en wapens op afgebeeld.

Op de kustroute van Steinkjer naar Bodø vind je een afwisselend landschap met veel natuurlijke attracties. Je kan de berg Torghatten beklimmen, de bergketen Seven Sisters bewonderen vanaf de eilanden Herøy en Dønna of een bezoek brengen aan de eilandengroep Vega, wat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. In de omgeving van Ørnes vind je de Svartisen gletsjer, waar je een gletsjer hike kunt maken.

De Finnmarksvidda in het binnenland vormt het Noorse gedeelte van Lapland. In dit open toendra landschap, dat bijna geheel boven de boomgrens ligt, groeien alleen jeneverbessen, dwergberken en kronkelige wilgenboompjes, mos en heide. Het is hét leefgebied van kuddes rendieren.